2016 Rondje Denemarken Deel 3 Zweden
Donderdag 30 juni Hals – Zweden oversteek Kattegat
Volgens de grib files wind ZW 3-4, mooi voor oversteek (maar wordt een barre tocht) naar Zweden door het kattegat. Om 0445 haal ik anker op, het is al redelijk licht en vaar de geul uit het kattegat op.
ik zit natuurlijk nog aan hoge wal dus er is alleen deining en wind 3 ZW als voorspeld. Eenmaal op zee zet ik de Genua uit en met een stationair draaiende motor maak ik 5 knopen. Geleidelijk gaat de wind aantrekken naar 4 en worden de golven ook wat hoger. Inmiddels gaat er een stroom mee lopen en doe ik over de grond al gauw 6 knopen. Als ik bijna halverwege ben wordt de wind variabel in sterkte van 5-6 en de golven duidelijk hoger, golven die dwars in komen want ik vaar met halve wind. De Asmara begin nu behoorlijk te rollen en moet de golven op de zijkant opvangen. Inmiddels is de wind pal zuid geworden. Ik kijk naar eventuele opties. Ik vaar nu bijna onder de zuidzijde van het eiland Laeso, maar daar zijn veel ondieptes dus daar moet ik zeker 10 mijl uit vandaan blijven. Een enige optie zou zijn 90 graden bakboord uit en pal voor de wind weglopen langs de bakboord zijde van het eiland om aan de Noordzijde een haven in te lopen. Ik overweeg de opties maar vraag de dan tevens af hoelang ik daar dan wel moet blijven als dit weer zo aanhoud. (en dat heeft het dus gedaan) inmiddels ben ik al een stuk verder en besluit de rit naar de overkant uit te zingen, niet wetend wat me nog te wachten staat. Als ik het eiland Laeso aan bakboord schuin achter me laat begint het geweld pas echt vormen aan te nemen, met nog altijd 5 knopen door het water is mijn grondsnelheid al opgelopen naar 7-8 knopen, de wind in sterkte toegenomen van 5-7 en de golven beginnen soms naast me te breken, de stuurautomaat surft van de ene top naar het andere dal. Opeens breekt er een golf aan stuurboord tegen de romp en komt het water over de cabine heen, door de deur spuit het water door kieren naar binnen en over de vloer. Her duurt nog zeker een uur voor ik bij mijn volgende waypoint ben om mijn koers wat meer te ruimen in de richting van de golven. Als ik dit eerder doe kom ik niet goed uit. Dus nog maar even volhouden, ik probeer wat film en foto’s van de woestenij te maken maar als je dan terug kijkt denk je, is dat alles. Als ik de ondieptes zuidoost van Laeso ga verlaten en in de overgang van 5 mtr water naar 35 mtr is dit duidelijk waarneem baar aan het golfgedrag, de golven worden langer en de toppen en dalen hoger en dieper, ook moet ik nu nog de shipping lanes over met op het moment dat ik daar ben natuurlijk veel schepen van beide richtingen. Ik probeer mijn snelheid zo aan te passen dat ik zonder koersverandering er tussen door kom. Daarna kan ik eindelijk naar mijn volgende waypoint en verruim ik daarmee de koers, de golven komen nu niet meer dwars maar schuin van achter. De automaat doet wonderen en corrigeert voor elke golf en dal, met soms volle uitslagen op het roer. Je moet er toch niet aan denken dat je dit zelf moet sturen. De ene keer wordt de kont helemaal opgetild en het volgende moment duiken we weer het dal in, het geweld is nu in alle hevigheid losgebarsten, nog 4 uur te gaan. Ik heb een plaats van bestemming uitgekozen waarbij ik met de wind recht vanachter tussen de eilanden kan komen, met genoeg ruimte links en rechts en voldoende diepte. Het plan is om met de volle Genua zoals hij nu staat en de te verwachten grondzeeën op snelheid te door kruisen op de autopilot en zo rechtdoor de baai in stuif, daar verwacht ik de ergste golven te hebben gehad. Ik loop dit scenario diversen malen door en kijk naar alternatieven als ik daar ben. Dit plan zit in mijn hoofd en zo moet het gaan. Inmiddels kijk ik regelmatig tegen muren van water aan ruim hoger dan mijn cabine, ook breken de golven regelmatig. Je mag rustig weten dat ik het af en toe bijna in mijn broek doe en zweer nooit meer op groot water te gaan varen. Dit is een gebied voor scherpe zeilboten, alhoewel de Asmara zich prima houd, denk ik toch dat een scherpe zeilboot en beter doorheen klieft. Simba houd zich wonderwel goed en slaapt met één oog in haar mandje voor bij het raam, als ik haar roep geeft ze alleen een klagelijk miauwtje, daarmee zeggend baasje wat doe je me aan. Al die tien uur van de oversteek is ze niet uit haar mandje vandaan gekomen. Zo worstel ik met al dit geweld verder en maak een inschatting van golfhoogtes, zeker 5 mtr.
Het moment van de waarheid begint te naderen, ik zie de rotsen bij de nadering precies zoals op mijn plotter, gelukkig klopt dat allemaal. Bij de ingang van de baai krijg ik het nog even lastig met de nodige grond zeeën, gelukkig is de diepte hier stabiel en loopt van 10 meter langzaam terug naar 5 mtr om in de baai terug te zakken tot 3-4 mtr. Ik ben er doorheen, thank god, de golven worden nu snel minder, ik ga naar buiten en rol de Genua in en daar heb je bij deze wind ook kracht voor nodig, met twee benen zet ik me af en naarmate de Genua meer inrolt wordt het minder zwaar. Ik heb het gered. Om de bocht van de baai in de beschutting van het eiland ga ik een plekje zoeken, er ligt een tweemaster met zijn neus naar de kant en achteranker. Ik wil ankeren, nou niet dus, gooi anker uit in twee mtr water, houd niet boot loopt gewoon terug. Als ik anker weer ophaal zit het vol met kluiten zeegras, dat gaat niet worden dus. Ik speur op de kaart naar bodemgesteldheid en zie een plek met zand, daar nog maar proberen dan, maar erg ondiep, op 20 mtr van het strandje gooi ik anker uit terwijl de dieptemeter 0,0 aangeeft, maar hij houd. De wind is van het eiland af, dus als hij niet draait lig ik goed. Anker uit in baai 15:40. Simba leeft weer op en gaat eten en drinken en is denk ik blij net als ik. Ik ben moe en ga een uurtje liggen, uiteindelijk wordt ik om 1830 wakker. Ik lig met mijn anker op het enige plekje zand zonder zeegras, maar wel op 0,1 mtr onder de kiel. Op de foto links hiernaast, die heeft het niet gered.
Vrijdag 1 juli Zweden. Wonden likken en puin ruimen
Als ik ’s morgens wakker wordt lig ik een kwart slag gedraaid naar de kant en tegen het zand aan dus vast. Zo kan ik niet blijven liggen en besluit om 0800 te verkassen, er staat nauwelijks wind, dus rustige zee. Hoe anders kan het dan zijn. Ik ruim de nodige troep op die toch nog van zijn plaats is gekomen en maak een snel ontbijtje van Fruit, Muesli en Yoghurt.
Na een paar mijl zie ik tussen de eilanden wel een leuke plek vrij van veel windrichtingen, ik besluit daar heen te varen. Na eerst de bodem gecontroleerd te hebben, is de kleuring van de bodem zwart, zeegras dus. Nou dan ga ik maar eens proberen met de neus tegen de rotsen aan te liggen, er staat nog amper wind dus die manoeuvre moet wel lukken. Aan de achterzijde haak ik aan een meerboei en laat de lijn langzaam vieren richting de rotsen. Over het algemeen lopen de rotsen hier steil in zee dus we gaan kijken hoe ver we komen. Na wat gehannes zie kans om twee lijnen om de rotsen heen te krijgen en trek dan de achterlijn strak. Zo ik lig. Ik leg zelfs de loopplank uit op de rots, alhoewel die wel onder een hoek van bijna 60 graden staat, daar leg ik een rubber mat op, want Simba zal er wel af willen. Het geheel zet ik met lijnen vast. Als ik Simba naar buiten laat gaat ze meteen op onderzoek, heel behoedzaam, ik zie haar op de voorplecht staan maar het duurt nog zeker een half uur voor dat ik ze op het eiland zie. Dat werkt dus. Na een tijdje komt ze weer binnen.
Ik lig met mijn neus naar het zuiden, vlak naast me is een open verbinding naar zee. ’s middags begint de wind aan te trekken zuid zuidwest eerst 4 dan oplopend naar 5 en uiteindelijk 7, ik bonk Tegen de rotsen, dus verstel de boel door wat te vieren van re rots en haal de loopplank naar binnen. Tegen het einde van de middag merk ik dat de boot steeds schever gaat liggen, inmiddels al 4 graden. Als ik naar de waterlijn van de punt kijk zie ik dat die een stuk hoger ligt. Onderzoek leert dat er nog meer getijde in deze regio staat dan ik dacht, ik lig met de punt op de bodem van de rots terwijl het water 30 a 40 cm is gezakt. In overdenk hoe ik deze situatie zal aanpakken, ik kan met mijn neus aan de meerboei gaan liggen, maar dan lig ik wel meer in open water uit de beschutting van het eiland. En de wind blijft de komende dagen uit zuid waaien met kracht 5-6. Tweede optie: Ik lig met drie lijnen op de neus aan het eiland, twee lijnen om de rotsen en een teruggehaalde lijn om de paal van een bord wat in de rots staat. Ik besluit om de lijnen om de rotsen weg te halen en de derde te vieren, de boot glijd langzaam het water weer in en drijft weer volledig en recht, ik laat de overgebleven lijn nog wat verder vieren zodat ik 1-2 mtr van de rotsen af lig, dan haal ik de achterlijn weer strak aan. Zo lig ik mooi alleen geen wal verbinding meer. Ik ga een borrel nemen en daarna maak ik wat te eten, om 2100 begint de voetbalwedstrijd EK met België tegen Wales, de eerste helft kijk ik in de salon, de tweede helft in bed, jammer de Duivels begonnen zo goed, maar moeten het uiteindelijk afleggen. De nacht verloopt rustig, ik blijf mooi liggen zo op twee lijnen.
Teek
Simba heeft op haar korte verblijf op het eiland een of meerdere teken opgepikt. ’s avonds als ik in bed voetbal lig te kijken, komt ze meestal op het voeteneind liggen en kroel ik wat op haar buik wat ze lekker vind. Als ze na een tijdje van bed af springt voel ik wat kriebelen op mijn hand, ik denk dat het een klein spinnetje is en mep het dood, maar het wil niet dood. Als ik beter kijk denk ik dat het een teek is, minuscuul klein maar met een sterke lamp erop zie ik dat het inderdaad een teek is. Ik veeg het beestje van mijn hand op het witte laken en stap uit bed, via het laken schuif ik het op een raam uithoud stokje pak mijn aansteker en houd dat ertegen tot ik een plop hoor als popcorn en nog even wat langer tot ik zeker weet dat het dood is, dan door het toilet naar buiten. Ik controleer mijn hele lijf om te kijken of er nog meer zijn, ook het dekbed aan de buitenkant en het laken controleer ik met een sterke lamp. Geen beestjes meer. Simba snapt niet waarom ze ’s avonds als ik ga slapen niet meer op het voeteneind mag, ik jaag haar steeds weg. Morgen controle van Simba. De controle van Simba kan alleen maar als ze lui ligt te slapen, dan laat ze alles toe, als ik haar zou pakken zou ze tegenstribbelen en zich los vechten, dus wachten op het juiste moment. Van de Scandinavische tekenbeet kun je hersenvlies ontsteking van krijgen, daar ben ik wel tegen ingeënt, maar ja risico liever mijden. Omdat de wind nogal giert besluit ik eens te kijken wat mijn windmolen doet, niets dus de volt/ampère meter geeft niets meer aan terwijl hij staat te gieren. Als de stopknop activeer gebeurd er niets, daarmee sluit je de plus en min kort zodat hij elektrisch moet stoppen. Omdat dit niet gebeurd, ga morgen meten. Maar eigenlijk weet ik het al er is draad van de molen in de mast losgeschoten.
Zaterdag 2 juli Stubbh, Särö
Ik sta om 0900 op het weer is iets opgeklaard maar de wind blijft flink doorstaan. Ik besluit de weersystemen maar eens goed te bestuderen en analyseren wat we tot nog toe hebben gehad. Daarbij komen hogedruk gebieden nauwelijks tot ontwikkeling in de Scandinavische breedtes. Om stabiel zomerweer te krijgen zou er een hogedruk gebied bij Noorwegen stationair moeten zijn, we hebben echter steeds te maken met een depressie trein van west naar Oost van Ierland, via Engeland naar de Noordzee en recht op her Skagerrak af, gepaard gaand met warmte regen en koufronten. Dit verstekt alleen maar de tunnelwerking in het Kattegat en ergo onvoorspelbare zeeën. Ik verwacht dat dit het weerbeeld van deze zomer zal blijven met een verslechtering naarmate we verder in het seizoen komen.
De windmolen gemeten en inderdaad geen spanning meer van de molen, dus een onderbreking van plus of min. Dit betekend dat de achtermast naar beneden moet en daarvoor moet ik met de achterkant van de boot tegen een steiger of wal aanliggen, zodat als de achtermast plat ligt ik er vanaf de wal bij kan. Waarschijnlijk simpel te repareren, maar nu een plek vinden, ik denk dat ik Gotenborg in ga paar mijl verder op, daar is minder wind, want de molen blijft nu vervaarlijk draaien ook als hij naar beneden gaat. Verder is ook is mijn watertank tijdens de oversteek weer meer gaan lekken, ik hoorde steeds de bilgepomp die ik ingebouwd heb aanslaan en wegpompen. Per saldo is mijn tank van vol teruggelopen naar iets meer dan half, dus zeker 100 ltr eruit. Dan hou ik nog altijd de tik bij de roerkoning bij toeren boven de 1300, die er in gekomen is na het aan de grond lopen op Schiermonnikoog. En als laatste bij motor controle lag er veel motorolie in de bilge van de machine kamer, ik heb geen lekkage kunnen bespeuren en de olie is nog op peil, dus hoe dat nou weer kan.
Besluit
Al deze zaken en zeker niet in de laatste plaats het weer hebben mij doen besluiten na Gotenburg weer aan de terugreis te beginnen en niet verder Noordwaarts te varen, je moet de goden niet verzoeken en ik zal best nog wel wat slecht weer krijgen.
Nu moet ik alleen nog kiezen of ik langs de hele West kust naar beneden zeil richting Kopenhagen of dat ik bij Westweer de lijzijde van Denemarken opzoek, maar dat betekend wel weer een oversteek Kattegat. Dat besluit nemen we later.
Zondag 3 juli 2e rustdag
Maandag 4 juli Sarö – Göteborg
Onafhankelijkheidsdag in America, een gewone maandag aan boord van de Asmara. Om 10.00 uur maak ik mij los van het eiland waar ik een paar dagen heb gelegen. Het is niet zover varen naar Göteborg ik verwacht daar om 13.38 aan te komen. Een 5 mijl over open zee, met wind 4, en matige golven zo kan het ook. De rest van de route is tussen de eilanden door en de laatste 5 mijl in de vaarweg naar de stad. Het is een kleine Marina direct aan het centrum, nou dat weet je dan ook gelijk qua prijs, € 43,50 voor een nachtje. Zelfde prijs als Tallinn in Estland vorig jaar. Aankomst om 13.42 ik vind een mooie plek langszij met een steiger dwars, waardoor ik de achtermast kan laten zakken tot boven de steiger. Wel zal ik een korte ladder nodig hebben. Bij het havenkantoor hebben ze een 4-delige ladder te leen die ik perfect kan gebruiken. Na de nodige voorbereidingen gaat de mast omlaag. Het vermoeden van een losgeschoten draad wordt bevestigd als ik de windmolen eruit heb. Als de molen er weer in zit, maar nog niet vast, heeft de haven de ladder nodig, ik mag hem pas na 18.00 weer komen halen. Ik ruim dan maar vast het nodige gereedschap weg wat ik niet meer nodig heb en ga een biertje nemen. Om 18.00 kan ik weer verder en de mast kan weer omhoog. Als alles opgeruimd is, is het 19.30. ’s avonds drink ik een cappuccino in de pianobar downtown Göteborg, een moderne stad met veel grote gebouwen en een moderne infrastructuur.
Dinsdag 5 juli Göteborg – Stubbh, Sarö anker
Bijtijds opgestaan om eerst nog de nodige boodschappen als vers fruit en groente te halen, ik vind een grote supermarkt op loop afstand en sla het nodige in. Eenmaal aan boord drink ik nog een bakkie, haal de nieuwe gribfiles en studeer op de kaart naar een anker plek, ik vind er letterlijk een in de buurt van het eiland waar ik eerder aan de rotsen lag. Daar maar gaan kijken dan. Om 12.30 gooi ik los en vertrek zuidelijk, zoals eerder besloten. De wind op zee ik kalm 3-4. Eenmaal op zee en bezeilde koers rol ik de Genua uit. Verwachtte aankomsttijd ankerplaats 15.15. Aangezien de zee rustig is en mijn snelheid laag, besluit ik om nog maar een vislijntje uit te zetten. Binnen tien minuten in twee halen 4 grote makrelen, voor vanavond geen Suikerfeest maar rookfeest. Anker uit 16.14 op 1.60 mtr water. Dit is een ankerplek volgens de kaart. Het anker houd. Zo nu een paar makrelen roken, BBQ aansteken en roken maar. Simba kijkt de kat uit de boom. Na 20 minuten onder deksel van de opgewarmde BBQ, heb ik twee heerlijk vers gerookte makrelen, ze smaken voortreffelijk. Ik zet de ankerwacht aan op mijn telefoon, lees nog wat en ga slapen.
Woensdag 6 juli Sarö anker – Kungsbacka Onsala
Als ik opsta is de wind als voorspeld naar het NNW gedraaid, de eilanden om me heen zijn erg laag en zonder enige begroeiing waardoor ik, weliswaar op redelijk rustig water, maar toch winderig lig. Ik ga de nieuwe gribfiles maar weer een ophalen en de verdere mogelijkheden bekijken. Zowel de gribfiles alsmede de bracknell weerkaarten bevestigen mijn dagen geleden geuite vermoeden, er is geen spoor van enige verbetering te verwachten, de hoge druk blijft te ver in het oosten of zuiden, waardoor de ene depressie de ander opvolgt, met als gevolg continue sterke NW en W stromingen. Vandaag is nog redelijk gunstig met NW wind 5, waadoor ik golven van schuin achter krijg, morgen is de wind sterker en richting west, wat volledig dwars is. Uiteindelijk besluit ik dus om toch maar wat verder te gaan varen richting zuid. Simba zeurt en wil naar buiten, maar als de motor start beseft ze dat het feest weer voorbij is en kruipt in haar mandje voor bij het raam. Bij het ophalen van het anker, zit hij wederom vol met hele kluiten zeegras, dat kost minstens een kwartier om al deze rommel er met de pikhaak er allemaal af te wippen. Als Ik uiteindelijk 12.20 vertrek, loop ik tussen de eilanden uit zee op, de wind is 5 de golven nemen weer toe, bestemming 15 mijl verder zuid een land punt Monster. Eenmaal buiten enige beschutting van de eilanden nemen golven en wind verder toe tot wind 6 en golven twee mtr. Met de Genua nu vol uit over bak maak ik een grondsnelheid van 7,1, 2 knoop stroom mee. Ik krijg weer aardige klappen te verduren, gelukkig duurt deze trip niet zolang ik verwacht om 14.15 aan te komen bij de landpunt, daaromheen ben ik de golven kwijt en rol de Genua in, daarna vaar ik de geul in richting haven aldus zegt de kaart. Ankeren zou hier ook moeten kunnen, maar daar heb ik niet zoveel vertrouwen meer in. De geul is ongeveer 3 mtr diep, eenmaal vlak bij de haven, blijkt er geen haven te zijn. Een aantal gammele steigers op laag water, van privé huizen. Eén steiger lijkt nieuw en is ongeveer 6×4 mtr maar steekt ruim 1 1/2 mtr boven water uit. Ik ga het toch proberen zijn een aantal vakantiehuisje op de kant, maar geen mens te zien. Ik speur in het water naar de diepte, lijkt te kunnen, maar als ik iets meer halverwege langzij van de steiger ben loopt mijn neus al tegen de zandbodem. Ik laat de boot weer wat terug zakken en maak vast. De stootwillen zitten met de bovenkant gelijk aan de reling van de boot, maar ik lig. Als ik goed en wel lig ga ik op zoek naar een mens, want op de steiger staat een bord “ss Karpaten”, dus vermoed ik dat ik misschien aan de steiger van een pontje lig. Een weg is er niet, het is klauteren over de rotsen, daar zijn die huisjes ook op gebouwd. Bij het vijfde huisje zie ik een deur open staan. Als ik roep komt er een mevrouw naar buiten. Ik vertel haar dat ik met mijn boot aan de steiger lig, of dat goed is. Geen probleem zegt ze. Ik vraag nog of dat dan niet van een pont is of zo, nee hoor zegt ze, “je kunt daar blijven liggen”. Nou heb ik ook eens mazzel, geen €43,50 maar gratis. En Simba kan de kant en ik kan mijn benen strekken, want de komende dagen wordt het niks met de wind en ik lig lekker beschut. Er staat nog steeds een harde wind, maar ik nestel mij met mijn rug tegen de rots in het zonnetje, biertje erbij en lekker boek lezen. ’s middags zie ik nog een zeilboot komen, maar ook hij ziet dat er verder geen enkele plek is aan gaat aan een van de twee moorings liggen, waarvan ik dacht dat het vaarwater markering boeien waren. Later wordt ook de tweede boei bezet door een andere zeilboot, ben ik blij dat ik eerder was, want als ik hier dagen verwaait moet liggen, kan ik in ieder geval de kant op, heb een privé steiger met zelfs een eettafel en bank. Als ik later even in de boot ben komt Simba ineens letterlijk als verzopen kat binnen, nou die is dus ergens in het water geduveld. Maar gelukkig kan ze hier overal de kant op klauteren op lopen, want er is zelfs een klein strandje. Wat een klein poesje is het dan. Uiteraard is hier niets dan alleen wat vakantie huisjes op deze landtong, geen dorpje geen winkels, maar goed dat ik net boodschappen heb gedaan, dat mijn watertank vol is en de windmolen weer stroom levert en aan wind ontbreekt het de komende dagen niet. In een huisje aan het water zie ik nog een paar mensen, man met handdoek om loopt de steiger op, laat zijn handdoek vallen en gaat in zijn blote kont van de steiger af het water in, dat lijkt mij een uitstekend idee. Dus ik ook alleen handdoek om over de steiger, (zit geen trapje aan en mijn boot beslaat de hele steiger) naar het strandje, handdoek af en het water in, Jezus dat is koud. Ik beperk mij tot mijn middel, dompel een keer en dan vind ik het welletjes, zo koud dat je niet een meer ziet dat je een vent bent. Maar goed weer een gratis wasbeurt, die houden we erin. Na het eten koken, nestel ik mij met een koffie, sigaartje en glaasje whisky voor de TV voor de halve finale Portugal – Wales. Ik zal hier wel een paar dagen blijven denk ik, voor het geld hoef ik het niet te laten. Misschien wachten op een goede dag om in een keer door te steken naar Kopenhagen, maar dat moet ik allemaal nog bestuderen. Ga nu mijn zoveelste boek uitlezen van David Baldacci, “Op eigen gezag” die tegen de climax aan zit. Morgen een nieuw boek.
Als ik regelmatig gebonk hoor en poolshoogte neem blijkt dat ik met mijn zijkant af en toe tegen de rots aan stoot. Deze lopen net voor de steiger steil omhoog. Ik begrijp inmiddels dat ik op deze manier niet hoor af te meren, ik bezet nu de volle steiger terwijl die bedoeld is om met de neus tegen aan te liggen, op drie scheepslengtes achter mij liggen ook twee meerboeien om de achterzijde aan vast te maken. Nu ik dit allemaal zo bekijk voel ik mij ook wel een beetje aso, buiten het feit dat ik met het diepste deel van de romp tegen de rots aan bonk, zo kan en wil ik niet blijven liggen. Ik heb geen zin in ook nog eens een gat in de bodem als het harder gaat waaien, dus midden in de nacht, klaar maken om de boot te verleggen, er staat gelukkig weinig wind. Als ik langzaam van de steiger achteruit wegvaar kom ik langszij de meerboei en bevestig de lange lijn met musketonhaak, die ik speciaal voor dit soort manoeuvres heb gemaakt. Twee voorlijnen heb ik inmiddels klaar gelegd en langzaam vaar ik nu met de neus op de steiger af, terwijl ik de achter lijn geleidelijk laat vieren. Als ik minder dan een meter van de steiger af ben spring ik op de steiger en maak de twee voorlijnen vast, zo nu de achterlijn op de lier strak aanhalen, nog wat bijstellen en ik lig als een Zweed, nu kunnen er ineens nog minstens 4 boten afmeren. Daarom was de steiger ook zo hoog, ondanks mijn hoge punt kan ik zo afstappen en Simba red zich er ook mee. Nachtelijke manoeuvre beëindigd, ik kan rustig slapen.
Donderdag 7 juli Klungsbacka
Na een rustige nacht om 09.00 eruit. Vandaag ga ik deze landpunt een verder verkennen, neem film en foto camera mee, flesje water en handdoek en klauterde rotsen op, Simba volgt in mijn voetspoor, ik maan haar nog om terug te gaan maar ze weet niet van wijken. Dus zo klauteren we samen door het landschap wat eigenlijk een grote partij basaltblokken is, zonder enige vorm van pad of weg. En dat terwijl hier toch de nodige vakantie huisjes staan, dan vraag je af hoe al dat materiaal voor die huizen hier is gekomen, waarschijnlijk over het water. Als Simba en ik op het hoogste punt zijn dalen we weer af richting water aan de lijzijde van het land. Simba heeft grootste moeite mij bij te houden, want ze wil geen natte pootjes en er staan genoeg poeltjes en soppige bodem van regenwater afvoer. Maar ze kijkt zoekt naar alternatieven terwijl ze mij angstvallig in de gaten houd, want waar de boot is weet ze ook niet meer, ik ben nu haar enige houvast. Soms blijft ze staan en zegt alleen steeds prrrrrt, alsof ze zeggen wil wacht nou even. Als ze dan weer voor een hindernis staat en ik roep “hup, hup,hup” wikt ze en weegt ze en neemt weer de volgende sprong om droog te blijven. Zo komen we bij een klein strandje met 10-30 cm water en een mooi grasveldje er voor.
Op mijn handdoek ga ik lekker in het zonnetje mijn nieuwe boek verder lezen, Simba scharrelt wat in de rondte maar zit nu ook steeds met haar bek open en tong naar buiten, dat deed Sailor ook altijd in zo’n situatie, het is maximaal afvoeren van warmte uit het lichaam, net als honden dat ook doen. Ik maak veel foto’s van de omgeving en Simba. Eenmaal weer terug bij de boot maak ik een lekkere lunch van gerookte makreel.
Een van de bewoonde huisjes aan het water, waar ik vanaf de boot op kijk zitten twee mannen en twee vrouwen, ’s morgens zijn ze met het bootje weg geweest en kwamen terug met netten en emmers, met mijn verrekijker zie ik dat ze behoorlijk wat vis gevangen hebben, zoals o.a. Schol. Ook zie ik de korven en kreeft. Leuk toch zo’n vakantiehuisje en dan je eigen vis en kreeft vangen. Ook hebben ze kennerlijk een buiten sauna. Misschien moet ik onderweg van een van de zo vele kreeften korven, waar ik soms bijna tegen aan vaar, er maar eens een lichten en een kreeft meenemen als vergoeding voor het ongemak. Eentje missen ze er toch niet en ik heb gezien hoeveel er hier wordt gevangen. Deze gronden zitten vol met vis, heel wat anders dan in de middellandse zee, daar drijven alleen nog maar bootvluchtelingen, hoe luguber ook. Straks maar weer al het foto en filmmateriaal op de pc zetten. Ik krijg steeds allerlei fout boodschappen als ik mijn iphone wil synchroniseren met mijn Mac book pro. Dus elke foto die ik nu met mijn Iphone maak moet ik naar mezelf mailen om hem in mijn pc te krijgen, balen. ’s Avonds kijk ik de wedstrijd Duitsland – Frankrijk, de Duitsers verliezen met 0-2 en moeten het EK strijdtoneel verlaten, helaas fur die manschaft.
Vrijdag 8 juli Klungsbacka – Hallands Vadero
Als ik om 07.30 wakker wordt, staat er geen wind, maar ja ik lig beschut. Na het ontbijt ga ik eerst uit drie bronnen nieuwe gribfiles halen en kijk ook op de Noorse buienradar voor Varberg. De buienradar geeft geen buien voor het gebied. Das alvast meegenomen. De gribfiles geven allen hetzelfde beeld. Afzakkend naar middernacht wind 4 en golven eerst nog 1 1/2 – 2 mtr, tegen middernacht gaat de wind naar Noord met slechts kracht 1. Pas in de loop van de nieuwe ochtend gaat de wind weer naar west 4. Aangezien ik aan de lage kant van het kattegat zit betekend dat altijd vervelende golven. Het is 100 mijl naar Kopenhagen, maar dan ben ik alle ellende van golven kwijt. Maar dat is met 5 knopen 20 uur varen. Maar ik besluit dit toch te doen. De rest van de twee weken zie ik alleen maar weer wind 5-6 west. Dus blijven liggen ook al is het gratis, geen optie. Om 07.40 gooi ik los en vaar de geul uit naar buiten, meteen komen de leuke golven me verwelkomen. Ik heb mijn route zo gepland dat als het te bar wordt ik bij elk waypoint een haven in kan lopen. Maar het lijkt dat mijn keuze goed was, de wind neemt niet verder toe en de golven blijven acceptabel 1 1/2 – 2 mtr. Op een bepaald moment sla ik een paar waypoints over en steek meer zee in, het lijkt goed te gaan de wind blijft west en de golven idem, alles halve wind dus. in een keer door betekend op dit moment aankomst 0600. Maar daar waar ik eerst stroom mee had met 5,6 Kts over de grond, krijg ik ineens stroom tegen, met nog maar 4,3 over de grond. Na een tijdje kentert de stroom en krijg ik weer mee. Ik leg mijn koers op het eiland Halland vadero verwachte aankomst daar 19.00. Misschien kan ik daar even ankeren en eten, we zien wel. De wind is inmiddels gekrompen naar zuid, dus pal tegen en afgezwakt tot een wind 2. Alles nog volgens plan en gribfiles. De zee is ook een flink stuk rustiger geworden, het zeil is nog maar een puntje want ik vaar nu bijna pal tegen. Verwachtte aankomst eiland 18.45. Dan nieuwe gribfile halen en nieuw plan, tot zover heeft alles gewerkt en morgenochtend ben ik uit die ellende van lage wal met west wind. De wind draait nu om 17.00 geleidelijk naar Oost toe, om gedurende de nacht naar Noord te draaien, dit alles met kracht 2-3. Nog een uur te gaan. Uiteindelijk besloten niet voor anker te gaan, maar de laatste Zweedse haven te bezoeken “Toreslov” om 19.14 meer ik af in een verschrikkelijke hoosbui. Hier kan ik dan met mijn laatste Zweedse kronen de haven betalen, maar tegenwoordig kun je dat niet eens meer cash betalen, dus verplicht uit eten, om de laatste kronen op te maken. Nou dat ging er ook wel in, een lekkere entrecote, biertje bij en lattemaciato toe. Gezellig restaurantje met live muziek gitaar en zang. Het is verder een leuk gezellig haven plaatsje wel klein en duur liggeld €30,- het weer nood helaas niet tot verdere verkenning, het blijft de hele avond regenen. Eenmaal terug aan boord de nieuwe weersinfo opgehaald, nou ik hoef met niet te haasten, dat doe ik dan ook maar niet. kruip lekker in bed en lees nog wat.
Zaterdag 9 juli Toreslov – Niva
Ofschoon ik al om 0400 wakker was, je raakt gewoon uit je ritme, heb ik me toch maar weer lekker omgedraaid. Om 0630 ben ik eruit gegaan, douchen en ontbijten. De wind is al weer bezig en staat zoals gepland uit NW 4 het is lichtbewolkt dus we gaan maar weer, voorlopig laatste grote open stuk richting Kopenhagen de Oresund in een trechter net als de aanloop van de Duitse bocht, richting Hamburg.
Om 0740 maak ik los en onder het uitvaren ruim ik de buitenboel op. Eenmaal uit de beschutting van het eiland Halland Vadero, komen de rollers me alweer tegemoet, de wind is inmiddels naar west gelopen met kracht 4-5 zodat de rollers weer van stuurboord komen, zolang het niet heftiger wordt hou ik het wel uit. Simba ligt zoals gebruikelijk alweer in haar mandje geparkeerd. Ik stuur op de landpunt Kullen aan, waar ik omheen moet, een ZW koers wat ongeveer 3 uur duurt voor ik daar ben, dan kan ik mijn koers verruimen naar zuid, zodat de golven weer wat meer van achter komen. Het geweld is inmiddels weer toegenomen met golfhoogten van 2-2 1/2 mtr. Ik heb gelukkig stroom mee en ga 4,5 door het water en 6 over de grond. Koers is 229′ nog 20 minuten dan kom ik bij het volgend waypoint en wordt de koers zuidelijker verlegd met iets meer comfort qua rollen. Ik loop nu de trechter in zoals ik het maar noem, waar de westenwind vol in staat te blazen met onvermoeide kracht. Rond 10.00 hoor ik ineens een ander geluid van de motor. (Als je lang op een boot zit raak je gewend aan alle geluiden, inclusief zwiepers die je af en toe van golven krijgt en het gejank van de stuurautomaat) ik kijk naar mijn toerental het is met dat geluid iets terug gelopen naar 1200 (was 1300). Ik zet het weer op 1300. Nog geen kwartier daarna, het was dus de voorbode, sputtert mijn motor en stopt ermee. Wie mijn verhalen van vorig jaarheeft gelezen, heeft opgemerkt dat dit toen bij Polen ook gebeurde, waarna ik me van zee heb laten slepen door de resque dienst. Toen bleek mijn brandstof filter geheel verstopt door afgestorven bacterie groei in de diesel tank. Een filter wat volgens fabrikant na 400 draaiuren vervangen dient te worden, stopte toen dus al na amper 300 uur. Als dit hetzelfde probleem is, dan gebeurd dat nu al na 200 uur. Om reden dat ik dit niet meer wilde heb ik net als in de luchtvaart gebruikelijk er een failsafe systeem van gemaakt, een alternatief dus als dit weer gebeurt. Het is een tweede filter dat ik geplaatst heb met een elektrische omschakelkraan, zodat als het eerste filter verstopt zit, ik maar een schakelaar op mijn instrumentenpaneel hoef over te halen en de brandstof toevoer loopt dan via het nieuwe schone filter. Dus dit gedaan (altijd spannend of het ook werkt) en de motor opnieuw gestart, ja hoor lopen! En hij kan weer minsten 200 uur mee, dus tijd genoeg om het eerste filter weer te vervangen. Na nog enige tijd de trechter van de Oresund ingevaren te hebben, kom ik daarmee ook in rustiger water qua golven, de wind hakt onvermoeibaar door, maar dat boeit me niet zo. Om 14.35 gooi ik het anker uit op 3 mtr water, aan de hoge wal tussen Niva en Rungsted, Sjaelland Denemarken. Nog even de Deense vlag in het stuurboord want en ik lig. De wind is nog steeds west met uitschieters naar 6 en 7, hoe anders kan het zijn als je dan geen golven hebt. Het anker hield in een keer, dus ik verwacht geen zeegras, voor de zekerheid gooi ik 25 mtr ketting uit. 10 zou theoretisch genoeg zijn. Het is nu zaterdag, morgen niet naar de kerk, maar 1ste brandstof filter verwisselen. Dan algehele controle motor, mijn Zweedse verhaal voorzien van foto’s en uploaden. Maandag vaar ik naar Kopenhagen en ga daar even rondkijken, zal wel weer een rete dure haven zijn, maar ok ik anker veel dus moet kunnen.
Zondag 10 juli anker Niva.
De Asmara lig zachtjes te schommelen op de deining, om 0400 wordt ik gewekt door de sirene van het anker alarm, als ik kijk naar de positie ligt hij net een paar meter buiten de begrenzing van de bewaking. Ik reset het ding en kruip gauw mijn mandje weer in. Simba schrikt van al die activiteit en denk gaan we nou alweer, maar ik geef haar een aai over haar bol en zeg ga maar gauw weer slapen, prompt nestelt ze zich weer aan mijn voeteneind. Als ik om 0800 weer wakker wordt regent het pijpenstelen en is de lucht volledig bewolkt met regenbuien, ik draai me lekker weer om, maar val niet echt weer in slaap, dus ga maar wat lezen. Om 09.30 ga ik eruit en neem een yoghurt ontbijtje met fruit en muesli. De wind is WZW kracht 1, nog altijd een grauwe dag, temp. 19,5 graad. Na de koffie ga ik eerst maar eens de motorruimte in en eerst het filter verwisselen, het zit inderdaad vol met zwart bruine troep, afgestorven bacteriën. Na het ontluchten laat ik motor eerst een 20 min op het verwisselde filter draaien en daarna nog eens 20 min op het tweede filter. Zo dat werkt weer. Verdere controle van de motor leert dat de hele klepdeksel los zit, dat verklaart dus ook de motor olie in de bilge. Ik kan alle schroeven zeker 3/4 slag aandraaien. Nu nog wat motorolie bijvullen en de gearbox controleren, beide dienen bijgevuld te worden. Ook heb ik nog een mooi haakje gemaakt en schroefdraad getapt in de beugel van mijn TV, die met golven op zijn zwenkarm steeds alle kanten opging, waardoor ik dit met touw steeds moest vast zetten, nou als ik dan toch aan het klussen ben. . Nadat ik het gereedschap weer heb opgeruimd sluit ik met een voldaan gevoel de motorruimte. Nu straks nog achter de pc en het onderhouds boek bijwerken, daarna ga ik dit verhaal van foto’s voorzien en uploaden naar de server. Vanavond nog de finale van Portugal – Frankrijk en dan morgenochtend naar Kopenhagen, het zou iets beter weer zijn.
Goodbye Zweden
Vervolg Rondje Denemarken 2016 deel 4 Kopenhagen tot Nederland